Jaarstukken 2019
portal

Financiën

Resultaat

Analyse rente en afschrijving

Werkelijke rente
De werkelijke rente is de rente die we betalen voor de aangetrokken vaste geldleningen aan financiële instellingen waar we deze leningen hebben afgenomen.

Rente aan de grondexploitatie
Over de boekwaarde van de complexen wordt elk jaar rente berekend en bijgeschreven op de boekwaarde. Volgens de voorschriften is het verplicht om rente over de boekwaarde van de bouwgronden in exploitatie (BIE) te berekenen en toe te rekenen (mede in relatie met de vennootschapsbelasting). Het percentage voor de gemeente is maximaal het gewogen gemiddelde van de rente die de gemeente werkelijk betaald over het vreemde vermogen zijn, waarbij de verhouding van de totalen van het vreemde en totale vermogen moet worden betrokken. Voor 2019 is dit percentage 2,24. In totaal is in 2019 € 1.665.977 aan rente toegerekend aan de grondexploitaties.

Afschrijvingen
Afschrijven is het boekhoudkundig verwerken van de waardevermindering van uitgaven, waarvan het nut zich over meerdere jaren uitstrekt, genaamd investeringen of kapitaalgoederen. Het afschrijvingsbedrag vormt een kostenpost op de taakvelden van de exploitatie. De afschrijvingskosten worden bepaald door de aanschafwaarde te delen door de technische of economische levensduur. In onze gemeente wordt volgens de lineaire methode (vast bedrag per jaar) afgeschreven. Uitzonderingen hierop zijn activa waarover afspraken met derden zijn gemaakt waaronder Gemeenschappelijke Regelingen.
De vertraging of versnelling van voorgenomen investeringen leidt tot onvermijdelijke afwijkingen in de afschrijvingen. Voor de verschillen in de investeringsbedragen verwijzen wij u naar het kredietoverzicht dat als bijlage in deze jaarrekening is opgenomen.
Niet alle afwijkingen van de afschrijvingen leiden tot een resultaat door een relatie met een reserve of verhaal via een rijkssubsidie zoals de herindelingsgelden. Hieronder is aangegeven welke afwijkingen een effect hebben op het rekeningsaldo.

Op 18 december 2019 is de Nota activering- en afschrijvingsbeleid door de gemeenteraad vastgesteld. De activa-administratie is zodanig ingericht dat duidelijk is welke activa in hoeveel jaren wordt  afgeschreven en in overeenstemming met de afschrijvingstabel. Deze aanpassingen hebben geleid tot verschuivingen tussen balansposten, aangepaste afschrijvingsbedragen en tot eenmalige afschrijvingen van activa. De afwijkingen groter dan € 50.000 worden hieronder toegelicht.

Exploitatie (bedragen x € 1.000)

Primitieve begroting

Na wijziging

Realisatie

Verschil

Afschrijvingen

-4.825

-4.799

-4.936

-137

1. Afwijkingen van de ramingen voor afschrijvingen per programma van afschrijvingen zonder effecten op het rekeningsaldo na winstbestemming:

Programma

Omschrijving investering

bedrag (x € 1.000)

7

Investeringen riolering

90

Totaal afwijking zonder budgettaire gevolgen

90

Tegenover dit voordeel staat voor hetzelfde bedrag een nadeel op taakveld 7.2. riolering. Dit nadeel wordt meegenomen in de berekening van de mutatie van de reserve riolering.

2.   Afwijkingen per programma van kapitaallasten met effecten op het rekeningsaldo na winstbestemming:

Programma

Omschrijving investering

bedrag (x € 1.000)

0

Gemeentewerf

-82

5

Sportbedrijf

-66

5

Openbaar groen

-71

Afwijkingen kleiner dan € 50.000

-8

Totaal afwijkingen met budgettaire gevolgen

-227

Totaal nadeel ten opzichte van de geraamde afschrijvingen van € 137 (€ 90 - € 227)

Rente

Onder het programma 0 bestuur en ondersteuning is een apart taakveld Treasury opgenomen. Onder dit taakveld behoren de volgende activiteiten van de treasury-functie:

  • rente van financiering en beleggingen en dividenden etc. waaronder dividend nutsbedrijven;
  • schenkingen en legaten.

Volgens de Notitie rente 2017 mogen alleen de werkelijk betaalde rentelasten, na saldering met de werkelijke baten en de verplichte door te belasten rentelasten aan de grondexploitaties via een berekend omslagpercentage over de boekwaarde per 1-1 worden doorbelast.
Door het gunstige verloop van de grondexploitaties, waardoor minder rente kan worden toegerekend over de boekwaarde, is een situatie ontstaan dat het renteresultaat wordt doorberekend aan de taakvelden.
Bij de 2e Voortgangsrapportage resteerde een rentelast van afgerond € 416.000 en een berekende renteomslagpercentage van 0,32 met een resterend nadelig rentelast op taakveld Treasury van € 102.000.
Het werkelijke resterende rentebedrag bedraagt in deze jaarstukken afgerond € 206.000 en is een omslagpercentage van 0,1 over de boekwaarden doorbelast aan de taakvelden. Het werkelijke resterende nadeel op het taakveld Treasury bleek € 108.000.
Voor deze analyse nemen we alleen de rentecomponenten van het taakveld Treasury mee waarbij we aansluiting hebben gezocht bij het verplichte renteschema in de paragraaf Financiering.

Bedragen x € 1.000

Renteschema

Begroting

Begroting na wijziging

Werkelijk

a.

Externe rentelasten over de korte en lange financiering

3.084

2.844

2.796

b.

Externe rentebaten

-/-

173

170

139

Totaal door te rekenen externe rente

2.911

2.674

2.657

c.

rente die aan de grondexploitatie moet worden berekend

-/-

1.952

1.538

1.666

rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

-/-

912

720

785

-/-

2.864

2.258

2.451

d.

Saldo door te rekenen rente

47

416

206

d1

Rente over eigen vermogen

-

-

-

d2

Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde)

-

-

-

De aan taakvelden (programma's inclusief overzicht Overhead) toe te rekenen rente

47

416

206

e.

De werkelijke aan taakvelden (programma's inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag)

-/-

-

314

98

Berekende omslagpercentage volgens Treasurybeleid over boekwaarde 1-1

0,0%

0,32%

0,1%

f.

Renteresultaat op het taakveld treasury

-47

-102

-108

Deze pagina is gebouwd op 06/11/2020 10:00:39 met de export van 06/11/2020 09:58:28